Begin jaren negentig ging ik voor de eerste keer naar Amerika, toen voor een vakantie, naar Arizona. Het was een groot avontuur, en wat ik mij vooral erg goed herinner was het moment dat ik op het grote beroemde LAX vliegveld stond in Los Angeles. Alles voelde meteen anders, de mensen om mij heen praatten anders, er hing een totaal andere sfeer. Maar vooral de mensen vielen mij meteen op. Ze hadden, zacht uitgedrukt, een nogal andere lichaamsbouw. Massaal. Groot. Kolossaal. Maar vooral moddervet, tot extreme gevallen toe. Ik praat nu over 1991. Toen al liepen er in mijn beleving daar “reuzen” rond met achterwerken als bijzettafels en “voorgevels” die bij iedere stap vrolijk mee blubberden. Wat ik mij vooral herinner ook, is dat ik mij aanvankelijk niet als eerste afvroeg waarom deze mensen zo extreem dik waren, maar vooral “bestaan er broeken in zulke maten?”.
Daar kwam ik al erg snel achter overigens. De volgende dag tijdens mijn eerste uitje naar zo’n echte Amerikaanse mall. In vrijwel alle winkels waar kleding verkrijgbaar was hingen ware tentenkampen. De maten begonnen daar met XXL en dat was dan de meest smalle maat. Zoals wij XS hebben. Ik keek mijn ogen uit. De kleding was enorm, extreem veel stof en het woog ook erg zwaar. Hoe voelt dat aan een lichaam? Zoveel extra stof met je mee moeten zeulen? In die malls was het mij ook meteen opgevallen dat ik ontzettend veel kinderen zag met een extreem overgewicht. De uitzonderingen die er tussen liepen hadden hun smalle postuurtjes te danken aan een snelle stofwisseling of gewoon minder snoeperig. Zoals wij hier ook kinderen kennen die liever een appel eten dan een cupcake.
Later begreep ik ook waarom al deze Amerikaanse mensen zo extreem dik waren. Het gastgezin waar ik logeerde waren ook echte Amerikanen. Moddervet. Hun (Amerikaanse grote) koelkast lag propvol junkfood, en echt gezond gekookt werd er nooit. Er werd dagelijks buiten de deur gegeten of pizza besteld. Iedere zondag was het “Dunkin’Donuts” morgen. De man des huizes ging dan in alle vroegte met zijn auto naar DUNKIN DONUTS (één van de zovele filialen die daar zowat op iedere hoek van de straat te vinden was, naast de grote M palen…) om vervolgens terug te keren met een grote doos vette geglazuurde donuts waarvan spontaan het glazuur van je tanden sprong.
In de grote supermarkten kwam ik er ook achter waarom mensen zo dik waren. Alles in mega verpakkingen, en een volkoren brood kon je zeker twee weken buiten de vriezer bewaren omdat het bol stond van de additieven. Het brood was ook zoet. Alles was daar wel min of meer zoet. Vet. Maar vooral VEEL.
Nooit kunnen weten dat ik jaren later, gewoon terug in het piepkleine Nederland, exact dezelfde beelden terug zie. Mensen met achterwerken als bijzettafels, mensen die moeilijk lopen en zich voort waggelend en naar lucht happend kwellen. En vooral ook: extreem dikke kinderen. Het baart mij oprecht zorgen. Want zoals met heel veel dingen hebben we helaas ook de eetgewoonten en producten overgenomen van de Amerikanen. Onze supermarkten liggen ook overvol. En de verpakkingen worden ook steeds groter (op de AH mini’s na) en kolossaler. En vooral: er wordt erg veel “troep” in onze dagelijkse voeding gepropt. Alles wordt zoeter. Vetter. En ook vooral MEER.
Naar wie kunnen we het bestraffende vingertje nu wijzen? Wij zelf? Of toch de fabrikanten? Fabrikanten wijzen uiteraard naar ons consumenten. Zij vinden het onze verantwoordelijkheid. Als ouder ook, om je kind gezonde voeding aan te bieden. Laatst was er nog een discussie over het verbieden van de populaire energiedrankjes in de supermarkten. Supermarkten en fabrikanten kwamen direct in opstand, vonden dat de verantwoordelijkheid bij de ouders lag, en dat ze dan ook wel ALLES wat slecht is uit hun schappen zouden moeten halen, wat natuurlijk onzin is. Daarin kunnen we ze niet anders dan gelijk geven, maar ligt het wel echt allemaal aan ons? NEE!
Wij zijn wel afhankelijk van wat fabrikanten en supermarkten ons aanbieden aan voeding. Natuurlijk: we hebben alle keuze in wat/waar/hoeveel. Maar niet in wat we KUNNEN kopen. We zijn ook niet allemaal zo deskundig dat we weten wat er nu werkelijk in een product schuilt. En dus gaan we uit van de geloofwaardige plaatjes op verpakkingen. Neem een willekeurige rol koekjes uit het schap van de supermarkt. Op zo’n rol koekjes kunnen heerlijke stukjes chocolade staan, maar ook een prachtig korenveld met op de voorgrond de “gezonde” koekjes. Als leek denken we dat er gezonde granen in zitten, en het koekje gezonder is dan de rol met alleen stukken chocolade op de verpakking. Ik weet wat er werkelijk in zit, ik heb ervoor geleerd. Maar u, als ‘gewone’ consument trapt in het mooie plaatje. Zeker als het ook nog eens versterkt wordt met leuke kreten als “zonder kleurstoffen” en “zonder geur en smaakstoffen”. Wat de fabrikant even erbij ‘vergeet’ te zetten is dat het product wel extreem veel suiker en vet bevat.
Soms vind ik de claims ronduit lachwekkend. Zo was er jaren terug opeens een “gezond en slank tussendoortje” in de vorm van een mini Mars, mini Balisto (op de verpakking weer die irritante koren en graanplanten) met grote kreten als “maar 99 kcal per stuk!”. Natuurlijk: het reepje bevatte inderdaad 99 kcal. Maar ook vijf suikerklontjes, en bijna twee gram vet. Geef mij dan maar liever een plakje ontbijtkoek, denk je dan. Maar ook daarin komen we bedrogen uit: ondanks het smetteloze gezonde imago van ontbijtkoek, levert het je per sneetje drie suikerklontjes op. En is onlangs ontdekt dat er een hulpmiddel in verwerkt is wat kankerverwekkend kan zijn.
Het 50-jarige oude raketje dan. Heerlijk ijsje. En maar 40 kcal. Maar wat wordt vergeten: het is niet meer dan bevroren suikerwater met kleurstoffen en smaakversterkers. Dus terwijl je als ouder met een gerust hart je kind het één na het andere raket ijsje geeft (het is immers maar 40 kcal) vergiftig je je kind met pure suikers!
Wij worden zo vreselijk voor de mal gehouden. En dus ligt het kwaad vooral bij de fabrikanten. Gelukkig wordt er tegenwoordig meer ingegrepen. Er zijn goede sites als FOODWATCH in het leven geroepen die al onze verkrijgbare voeding echt eens onder de loep nemen. Ook het vertrouwde voedingscentrum zit niet stil en soms boeken we al kleine succesjes. Maar helaas zijn we er nog lang niet en is het min of meer een lange oorlog tussen consument en fabrikant terwijl we elkaar ook erg hard nodig hebben om te overleven. Wij de fabrikant vanwege hun producten, fabrikanten ons omdat ze een goede omzet moeten behalen. Nogal dubbel.
We kunnen uiteraard heus zelf een heleboel doen en laten. Want zeg nu eerlijk: willen wij echt dat we binnenkort ook net als al die Amerikanen zwetend, waggelend, naar adem happend, en erg oncomfortabel ons moeten voortbewegen? En willen we dit schrikbeeld ook voor onze kinderen? Ik denk dat u zegt van niet. En daarom kunnen we wel juiste keuzes maken. Ik weet het, ik weet het, ik weet het: het eeuwenoude advies. Meer en veel groente en fruit, weinig tot geen snacks en junkfood, biologische magere producten en actief in beweging blijven. Het is saai. Maar wel gezond! Heeft u een misleidend product opgemerkt? Geef uw reactie!!!!